Aanbevolen post

Schilderijen

Na verhuizing van mijn website www.robbloemendaal.nl is hier een selectie van mijn schilderijen te zien. Beschikbaarheid binnen deze serie: ...

vrijdag 31 december 2010

Quo vadis, Hengelo?


Niet alleen het jaar is voorbij, maar ook het eerste decennium van deze nieuwe eeuw. Wat heeft het ons gebracht? In elk geval het inzicht dat de herinrichting van het centrum, zoals dat rond de eeuwwisseling gestalte kreeg, op een kostbare mislukking is uitgelopen. Nog nooit is er zoveel kritiek over de binnenstad uitgestort als de afgelopen 10 jaren. We zullen nog lang geconfronteerd worden met de gevolgen van de ondoordachte keuze voor een herinrichting volgens het concept ‘chique en no nonsense’. Gelukkig heeft de gemeente erkend dat het anders moet. De metalen bomen op de Markt zullen volgend jaar eindelijk door echte vervangen worden en grote bronzen beren zullen voor extra natuur in de stad zorgen. Misschien wordt het dan toch nog gezellig op de Markt.

Besturen is geen gemakkelijke zaak, ik spreek uit ervaring. Het is niet goed of het deugt niet, en hoe gemakkelijk word je wel niet op het verkeerde been gezet? Wat is de waan van de dag en wat is wijsheid? Zie maar eens een goede keuze te maken uit de wirwar die zich aandient, ik geef het je te doen. Ik heb er dan ook alle begrip voor dat politici wel eens de plank mis slaan. Iedereen maakt fouten, ikzelf niet het minst. Wat me wel van het hart moet is dat de gemeente betere keuzes zou kunnen maken door wat zorgvuldiger te werk te gaan. Dat de mode van grootschalige, kale pleinen geen succes zou worden had ook van tevoren bedacht kunnen worden. Een ander voorbeeld is het Bevrijderslaantje in Thiemsland, ontworpen als een grote asfaltvlakte met op het einde een boompje. Logisch dat de omwonenden daar tegen protesteerden met als resultaat dat er alsnog een bomenrij werd geplant. Hier liep de schade niet in de miljoenen, maar bedroeg slechts een ton.

Veel laat ik hier onbesproken, maar als derde en laatste voorbeeld wil ik nog noemen de herinrichting van de oude begraafplaats, waar 164.000 euro geïnvesteerd wordt in iets wat eigenlijk van zichzelf al goed is. De Vereniging Gemeenschappelijk Onderhoud is al wel tien jaar bezig met de plannenmakerij, zodat het begin geplaatst kan worden in dezelfde tijd als de herinrichting van het centrum. Het lijkt er sterk op dat het plan van de vereniging ook dezelfde uitstraling van no nonsense heeft. Gaan we nog een keer op herhaling? Het is mij trouwens niet helemaal duidelijk geworden waarom daar zoveel geld voor vrijgemaakt is. Heeft het ermee te maken dat een projectontwikkelaar in 2007 aangaf dat het wel mooi zou zijn als de begraafplaats een park zou worden waar de bewoners van de door hem nog te bouwen appartementen fijn konden wandelen? Of is het eerder een uit de hand gelopen hobby van de heer Veelenturf, de ontwerper van het herinrichtingsplan? Zeker in deze tijd van bezuinigingen ga je je afvragen of al dat geld niet zinvoller besteed zou kunnen worden. Je kunt het maar één keer uitgeven, en op is op. Te veel verkeerde keuzes leiden uiteindelijk tot verschraling van openbare voorzieningen, ontevreden burgers en een slecht imago. Hengelo, wees waakzaam!

Terugblik: een jaar lang strijd voor de natuur


Het jaar is praktisch voorbij en wat hebben we nu bereikt als het gaat om de oude begraafplaats?
We hebben bereikt dat de kap met ruim een jaar is uitgesteld. De bezwaarschriften van Sjoerd Heringa en mij hadden een opschortende werking. De bezwaarschriftencommissie adviseerde in maart aan B&W om ons, overigens geheel onterecht, niet ontvankelijk te verklaren. We wisten destijds niet dat dit advies niet deugde, want achteraf bleek dat wij wel degelijk ontvankelijk waren. Anders was een gang naar de rechter zinvol geweest vanwege de fouten in de bij de kapvergunning behorende plattegrond en andere onzorgvuldigheden. B&W besloten om het advies van de commissie op te volgen, maar het broedseizoen was net begonnen en daar kwam nog eens een succesvolle handtekeningenactie bovenop. De kap werd uitgesteld tot oktober. Ik startte dit weblog en schreef een kritische brief aan B&W. In TC Tubantia van 26-5-2010 verscheen een groot artikel over de kwestie en ook Radio Hengelo besteedde er volop aandacht aan. Dat alles leidde eind augustus tot een gesprek met wethouder Oude Alink, die besloot dat de gemeente een klankbordgroep zou samenstellen die de zaak zou bekijken. In september deed adviesbureau Eelerwoude een voor ons gunstig advies om solitaire coniferen en hulsten te behouden. Helaas kregen wij dit advies pas onder ogen na de bijeenkomst van de klankbordgroep, zodat onze inbreng door de slechte informatievoorziening niet optimaal was.
Nog voordat de groep bij elkaar was gekomen was de ontwerper van het herinrichtingsplan, de heer Veelenturf, afgetreden als bestuurder van de VGO. Hij was de kritiek op zijn geesteskind zat. ‘Ik heb er niets meer mee te maken’, ving een donateur uit zijn mond op. Een opmerkelijke wending, waarin de gemeente geen aanleiding zag om het over een andere boeg te gooien en het herinrichtingsplan terug te trekken.

De bijeenkomst van de klankbordgroep leed onder de slechte voorbereiding. Vanwege de vele onzorgvuldigheden had ik geen vertrouwen meer in het proces, zodat ik begin december er uit stapte. Ik stelde alle fracties op de hoogte. Dat werd opgepakt door Pro Hengelo. Er volgde een groot artikel in TC Tubantia van 8 december en het onderwerp figureerde in twee uitzendingen van Radio Hengelo. Tijdens de uitzending van Onder Vuur van 13 december bleek dat wethouder Janneke Oude Alink graag zou zien dat ik zou terugkeren in de klankbordgroep. Daar heb je meer invloed dan erbuiten, zei ze. We kwamen overeen dat we in elk geval rond de tafel gaan zitten. Mijn verwachting is dat het nog wel iets op kan leveren, want de wethouder zit in het college voor Groen Links, een partij die altijd wel oog heeft gehad voor het belang van natuur en milieu. Volgens haar is het zo goed als zeker dat de atlasceder behouden blijft. Verder blijven in elk geval twee andere beeldbepalende coniferen overeind. Veel is het niet, maar we hebben met onze acties wel bereikt dat er geen illegale kap zal plaatsvinden en dat de Flora- en Faunawet zal worden nageleefd. Er valt nog wel het nodige te wensen, bijvoorbeeld dat de natuur in onze stad en speciaal op deze bijzondere plek niet langer een sluitpost is. Natuur in de stad heeft een hoge waarde, daar moeten we zuinig op zijn!

donderdag 30 december 2010

Turbulentie rondom de VGO


     Zaad van een krimlinde gevangen in spinrag
Ondanks de waardering voor de succesvolle strijd voor het behoud van de oude begraafplaats, die de Vereniging Gemeenschappelijk Onderhoud ten deel is gevallen, staat haar imago onder druk sinds vorig jaar een begin is gemaakt met de uitvoering van het herinrichtingsplan van de vereniging. Tientallen heesters, waaronder vele oude rododendrons, gingen tegen de vlakte en de stobben werden met gif bewerkt om opnieuw uitlopen te smoren. Het gif was van een soort dat in de wortels trekt en deels in de bodem achter blijft; nogal ridicuul als je bedenkt dat de gemeente nog niet zo lang geleden een vermogen heeft geïnvesteerd om de door industriële activiteiten vervuilde bodem rondom het kerkhof weer schoon te krijgen.

De kaalslag was zeer tegen de wens van de bestuursvoorzitter, de heer Schwartasek. In de loop van 2009 stapte hij op, omdat hij zich niet met de gang van zaken kon verenigen en ook geen kans zag om verandering aan te brengen in het door de heer Veelenturf ontworpen herinrichtingsplan. ‘Het was trekken aan een dood paard’, aldus Schwartasek in TC Tubantia van 24-10-2009. Vice-voorzitter en penningmeester Wim Hilarius gaf als commentaar uiting aan zijn verbazing over de kritiek op de plannen en suste dat een en ander helemaal niet zo ingrijpend is. Inmiddels weten we dat er nog tientallen heesters zullen verdwijnen, en dat in november de kap van maar liefst 46 bomen, ruim 40% van het bomenbestand op het kerkhof, aan de klankbordgroep is voorgelegd. Niet zo ingrijpend, ja, ja. Als het al in de bedoeling had gelegen om de renovatie van het groen op het kerkhof zo stil mogelijk te houden, dan was dat met de ruime aandacht die TC Tubantia aan deze zaak gaf in één klap mislukt.

Naar aanleiding van het krantenartikel dienden Sjoerd Heringa en ik een bezwaarschrift in tegen de kapvergunning, die, heel opmerkelijk, was afgegeven door de heer Rob Hilarius, hoofd van de afdeling Vergunningen van de gemeente en zoon van de vice-voorzitter van de VGO. De hoorzitting van de bezwaarschriftencommissie vond plaats in februari van dit jaar, waarbij ik de kanttekening plaats dat Hilarius sr., vast lid van de commissie, hierbij niet betrokken was.
De woordvoerder van de VGO en nota bene de gemeente was de heer Veelenturf, bestuurder en groencommissaris van de vereniging, maar ook ex-ambtenaar speelvoorzieningen van de gemeente. Veelenturf, naar verluidt de drijvende kracht achter de herinrichting, deed daar uitspraken die later niet in overeenstemming met de werkelijkheid bleken. Zo zouden bijvoorbeeld geen beeldbepalende bomen in het spel zijn, alleen coniferen die slecht zijn of graven ondermijnen zouden in aanmerking komen om gekapt te worden en de appel- en perenbomen zouden behouden blijven: daar viel het nodige op af te dingen. Zo werd nog geen maand later tegen alle afspraken in een gezonde appelboom gekapt. Is de vereniging nog wel een betrouwbare partner?

Daar kwam nog bij dat het bestuur van de vereniging afgelopen voorjaar aangaf aan dat er geen betrokkenheid was geweest van de zijde van de VGO bij de kap van de rododendrons in 2009, een uitspraak die bij de gemeente veel verbazing wekte. Er was volgens de gemeente juist steeds overleg geweest. Vertrouwenwekkend is dat alles niet. Daarnaast is er nog de eenzijdigheid van het herinrichtingsplan. Natuurlijk is de vereniging van oorsprong een club van grafzerkenbeschermers, maar je zou mogen verwachten dat de VGO met de tijd mee zou zijn gegaan, de waarde van de natuurlijke rijkdommen op de oude begraafplaats erkent en niet blijft steken in een uitspraak als ‘de monumenten zijn heilig’. Op het kerkhof ontmoeten leven en dood elkaar: mag het leven voorrang hebben op de dood?

Bijna een eeuw was het imago van de vereniging ongeschonden, maar sinds vorig jaar is het aan slijtage onderhevig. Dat zou het bestuur van de vereniging tot nadenken moeten stemmen.

woensdag 29 december 2010

Hulde voor de Vereniging Gemeenschappelijk Onderhoud


De Vereniging Gemeenschappelijk Onderhoud is opgericht als een vereniging van eigenaren van eigen graven op de oude begraafplaats. Begin vorige eeuw lag het kerkhof er verwaarloosd bij en de vooruitzichten werden er niet beter op toen in 1910 de nieuwe begraafplaats aan de Oldenzaalsestraat werd geopend en de gemeenteraad besloot dat er op de oude begraafplaats na 1930 niet meer begraven mocht worden. De ruiming van het oeroude kerkhof aan de Bornsestraat kwam daardoor in zicht. Frederika ter Horst trok zich het lot aan van het bedreigde kerkhof en zocht steun bij notabelen. Haar initiatief leidde tot de oprichting van de VGO in 1912. De doelstelling van de vereniging bestond er uit om er voor te zorgen dat de eigen graven onaangeroerd zouden blijven uit piëteit voor de overledenen. Men trachtte dat doel te bereiken door de graven goed te onderhouden. De gedachte was vermoedelijk dat een goed onderhouden kerkhof minder kans loopt om geruimd te worden dan een verwaarloosde bende. Al snel had de vereniging ruim 400 leden.


Zuidrand met één rij lindebomen                                                    
Ondanks dat de termijn voor ter aarde bestellingen werd verruimd tot 1950 bleef de dreiging van opheffing per 1980, lange tijd een grote zorg voor de vereniging. In de jaren 50 verdween een stuk grond van het kerkhof aan de zuidzijde, daar waar nu de gracht van het vroegere Huys Hengelo ligt. De aanliggende fabriek, de Heemaf, had ruimte nodig voor een doorgang over eigen terrein van de Bornsestraat naar de Bankastraat. Enkele oude krimlindes werden gekapt, waardoor dat deel van de lindelaan nu nog maar één rij bomen heeft. Het pad werd verlegd en een aantal graven werd verplaatst.

De vereniging ijverde in de jaren 50 en 60 voor het behoud van de begraafplaats. ‘Onze stad is bijzonder arm aan stadsgroen en parken’, schreef de heer F. Hulshoff Pol, toenmalig voorzitter, bij het 45-jarig bestaan van de vereniging. ‘Voor alles meen ik echter dat het typische karakter van deze begraafplaats (…) voor het nageslacht bewaard dient te worden, ook en vooral als rustoord voor de levenden in onze volle en jachtige gemeente’, aldus de voorzitter in 1957, die toen nog geen flauw idee had van de jachtigheid van ons huidige bestaan.

Aanvankelijk mislukte de opzet om de overheid zo ver te krijgen dat een monumentenstatus zou worden toegekend, maar uiteindelijk, in 1970, kreeg het kerkhof het predicaat monument. We zijn de vereniging dan ook veel dank verschuldigd voor haar inzet om het kerkhof te behouden. ‘We mogen er blij om zijn dat dit stukje geschiedenis niet door bulldozers en slopers aan de vergetelheid werd prijsgegeven’, schreef Margreet Marang-van Leijden in Twente Intiem van 11 juni 1980. ‘Als niemand er voor gewaakt had, was deze begraafplaats rustig omgeploegd en was er nu misschien een super-supermarkt of een parkeerplaats op verrezen, vol haastige mensen die alleen maar vol zouden zijn van hun Nu’. Of de Heemaf had er zich over ontfermd. Hoewel ik regelmatig kritiek heb en heb gehad op de plannen van de vereniging met betrekking tot de herinrichting van het kerkhof, heb ik veel waardering voor de mensen van de vereniging die zich ingezet hebben om het kerkhof te behouden. Alle lof voor hen, en vooral niet te vergeten voor Frederika ter Horst, die aan het begin stond van de lange strijd voor het behoud van de oude begraafplaats!

dinsdag 21 december 2010

Wintertij


Vandaag is de kortste dag en daarmee begint de winter, die overigens al weken in het land is, officieel. De oude begraafplaats lag er werkelijk prachtig bij onder een dik sneeuwtapijt. Elk takje was bezet met ijskristallen van opgevroren nevel en dat gaf het geheel een sprookjesachtig aanzicht.  Het was flink koud en er was dan ook verder geen mens te zien. Des te meer vogels, die druk in de weer waren om hun kostje bij elkaar te scharrelen. Eksters, vlaamse gaaien en merels, en ook veel mezen, die de coniferen afschuimden op lekkere hapjes zoals spinnetjes en insecten.

Nu alle andere bomen kaal zijn is het goed merkbaar hoe belangrijk coniferen en hulsten zijn, vooral voor insecteneters zoals mezen. Maar ook andere vogels vinden er beschutting tijdens koude nachten. Niet alleen de dieren zijn er blij mee; ook voor wandelaars en andere bezoekers van het kerkhofje is het prettig dat er nog wat groen over is in het barre winterse landschap. Het valt dan ook moeilijk te begrijpen waarom de Vereniging Gemeenschappelijk Onderhoud en de gemeente aankoersen op vrijwel de volledige verwijdering van de coniferen en grote hulsten op de begraafplaats. Het lijkt wel alsof ze er een hekel aan hebben. ‘Open, alles moet open’, zou de ontwerper van het herinrichtingsplan, de heer Veelenturf, volgens een bezoeker tijdens een rondleiding in mei gezegd hebben. Als je alles open wilt hebben, dan zijn hulsten en coniferen natuurlijk een gigantische sta-in-de-weg met hun dichte, vaak ondoordringbare en altijd aanwezige bladermassa. Wat jammer voor vereniging en gemeente dat adviesbureau Eelerwoude nu net in september heeft geadviseerd om de solitaire coniferen en de grote hulsten te laten staan. Ze zorgen in de winter voor volwassen groen en ze zijn van belang voor vogels en eekhoorns, aldus het advies. Tijdens de bijeenkomst van de klankbordgroep op 10 november kregen we niet de indruk dat de vereniging en de gemeente zich iets van dat advies hadden aangetrokken, want ze legden ons de kap voor van alle coniferen, met uitzondering van enkele taxusbomen. Helaas werden wij pas achteraf op de hoogte gesteld van het advies van Eelerwoude. Wel hebben we enkele coniferen kunnen redden, maar we houden het gevoel dat er hier iets niet klopt!

woensdag 15 december 2010

De begraafplaats in de media


Naar aanleiding van mijn terugtreden uit de klankbordgroep Oude begraafplaats verscheen vorige week een groot en kritisch artikel in TC Tubantia van 8 december, waarop door enkele mensen is gereageerd, o.a. met een uitvoerige ingezonden brief van de hand van de heer Nijhof, die er op wijst dat de gemeente in het verleden al vaker ‘fantastisch’ gemodificeerd heeft in het centrum, zoals het marktplein en het Stationsplein. Deze volledig mislukte herinrichting roept nog steeds veel emoties op, zoals opnieuw weer blijkt nu een meerderheid in de gemeenteraad heeft besloten dat er beren op de weg komen. En nu de oude begraafplaats?
Verdwijnt deze rijk begroeide muur of niet?                                 

Zondag werd ik geïnterviewd door Radio Hengelo in het programma Nieuwsvizier, en maandag kreeg ik tijdens de uitzending van het programma Onder Vuur nog eens de gelegenheid om hier iets over te zeggen. Leo Janssen van Pro Hengelo steunde ons actiecomité tegen de bomenkap.  Volgens wethouder Janneke Oude Alink van Groen Links zou de betonnen muur achter op het kerkhof niet gesloopt worden. Dat zou wel heel erg mooi zijn, want deze muur is begroeid met dichte klimop, die in de herfst bloeit en laat in de winter bessen draagt, wat voor veel vogels een uitkomst is, omdat juist dan het meeste andere voedsel op is. Ook biedt deze plek veel dekking voor mezen en zwartkoppen. Enkele dagen geleden zat er zelfs een sperwer verscholen. Het verhaal lijkt echter te mooi om waar te zijn, want tot nu toe ontvingen we informatie dat de muur weg moet en vervangen zal worden door een modern hek. Daarvoor moeten dan wel een paar bomen wijken, en natuurlijk ook de klimop. Het wordt er niet helderder op, vooral ook omdat de wethouder beweerde dat alleen ik moeite zou hebben met de gang van zaken. Hoewel ik de enige ben die zich heeft teruggetrokken uit de klankbordgroep, onderschrijft het hele actiecomité mijn kritiek, en de wethouder zou dat inmiddels moeten weten. Zij heeft mij naar aanleiding van een brief van Leo Janssen uitgenodigd voor een nieuw gesprek.

maandag 13 december 2010

Goed nieuws voor boombeschermers


Steeds vaker komen burgers in actie tegen het verdwijnen van groen in de woonomgeving. Bezwaar maken tegen voorgenomen kap heeft voor omwonenden doorgaans geen zin als ze er geen belang bij hebben. In dat geval wordt je bezwaar terzijde gelegd en wordt je niet ontvankelijk verklaard. Bij de bepaling of je in je belangen geschaad wordt door kapplannen wordt gekeken of je vanuit je huis of tuin zicht hebt op de betreffende boom, of dat je er in de buurt woont. Vorig jaar kwam daarover meer duidelijkheid dankzij een uitspraak van de rechtbank te Utrecht (LJN: BH 3305). Mensen die tot op 100 meter afstand wonen en geen zicht hebben op de te kappen boom zijn belanghebbende, alsook degenen die tot op 200 meter afstand wonen en er wel zicht op hebben. In deze gevallen is men verplicht inhoudelijk in te gaan op de bezwaren. De rechtbank overwoog verder, en dat is hier een belangrijk punt, dat onder bijzondere omstandigheden van het voorgaande kan en moet worden afgeweken. Bijvoorbeeld als er sprake is van een beeldbepalende of monumentale boom, die een bijzondere waarde vertegenwoordigt, of bij grote aantallen bomen in een stadspark, een bos of op een soortgelijke locatie, zoals de oude begraafplaats. In deze gevallen kunnen ook mensen die verder weg wonen als belanghebbende aangemerkt worden.

Sjoerd Heringa en ik hebben een jaar geleden bezwaar gemaakt tegen de kap van tientallen bomen op het kerkhof aan de Bornsestraat. We werden door de commissie voor de bezwaarschriften niet ontvankelijk verklaard, omdat we er allebei te ver van af wonen. Eigenlijk was dat niet terecht volgens de nieuwe jurisprudentie. Zelf waren we destijds niet van deze nieuwe ontwikkeling op de hoogte, dus de rechter kwam er niet aan te pas. Dat is jammer, want het is niet ondenkbeeldig dat de kapvergunning voor vernietiging in aanmerking zou zijn gekomen vanwege de onzorgvuldige voorbereiding.

Rijpe lijsterbessen met één van de beeldbepalende coniferen  (archieffoto)                            
Ondanks de niet-ontvankelijk verklaring heeft de commissie onze bezwaren inhoudelijk beoordeeld, maar vond daarbij geen aanknopingspunten om de kapvergunning te vernietigen. Wij gaven o.a. aan dat bepaalde bomen een landschappelijke of beeldbepalende waarde hebben. Tijdens de hoorzitting verklaarde echter de heer Veelenturf, de ontwerper van het herinrichtingsplan, bestuurder van de Vereniging Gemeenschappelijk Onderhoud en tevens voor deze gelegenheid de woordvoerder van zowel VGO als de gemeente, dat de te kappen bomen ‘zeker’ geen landschappelijke of beeldbepalende waarde hebben. Dat is onlangs gelogenstraft door adviesbureau Eelerwoude, dat bijvoorbeeld de vier grote coniferen midden op het oudste deel van het kerkhof bestempelde als beeldbepalend. De commissie geloofde de heer Veelenturf op zijn woord en adviseerde het college van B&W de kapvergunning in stand te houden. Het college volgde dat advies in maart van dit jaar op. En nu zitten we met de gebakken peren. Maar misschien is het nog niet te laat…


zaterdag 11 december 2010

Onder Vuur


Op maandag 13-12 komt de gang van zaken rond de oude begraafplaats aan de orde tijdens de uitzending Onder Vuur van Radio Hengelo. De uitzendlocatie is zoals gebruikelijk café Het Uurwerk aan de Langestraat en de radio heeft politici uitgenodigd om hun licht over deze zaak te laten schijnen. Het programma wordt uitgezonden van 21 tot 23 uur, maar dit item staat voor 22.00 uur op de rol. Iedereen is welkom en wie wil kan gebruik makken van  de interruptiemicrofoon.

Het kerkhof komt ook aan bod tijdens de uitzending van Nieuwsvizier, ook op Radio Hengelo, van zondag 12-12, en wel om 12.00 uur.
Radio Hengelo zendt uit via de kabel op 104.1 FM en via de ether op 105.8 FM.

vrijdag 10 december 2010

De prijs van heiligheid


De Vereniging Gemeenschappelijk Onderhoud is opgericht in 1912 als een vereniging van eigenaren van graven op de oude begraafplaats, en het is dan ook te begrijpen dat deze organisatie het belangrijk vindt dat de grafmonumenten behouden blijven. Ook vanuit cultuurhistorisch oogpunt is het van belang ze te blijven koesteren. Maar hoe ver moet je daarin gaan? Sommige zijn heel bijzonder, zoals de oudste steen uit 1625, het graf van de laatste heer van Huys Hengelo, of het symbolistische graf van Carolina Lodder. Als je die voor al het andere wilt laten gaan, dan zal iedereen dat begrijpen. Maar als de VGO alle monumenten als heilig ziet, zoals ik gisteren beschreef, dan zal vroeg of laat al het andere wat daarvoor een bedreiging vormt onder vuur komen te liggen. Dan hebben we het over lindebomen van ongeveer een eeuw oud. Dat kan leiden tot beschadiging van deze bomen, bijvoorbeeld door het afzagen van wortels, of zelfs van een deel van de voet van de betreffende boom, om zo de graven te ontzien. Dat is eind vorige eeuw al eens gebeurd bij twee lindebomen vlakbij de ingang. Destijds, er was nog geen achteringang, had het tot doel om de laan breder te maken, zodat je gemakkelijker met een vrachtwagentje het terrein op kon voor het uitvoeren van onderhoud. Dergelijke beschadigingen maken de linden kwetsbaar. In het ergste geval kan de heilig verklaring van de grafstenen leiden tot een nieuwe kapvergunning voor alle lindebomen die schade aan de graven veroorzaken. Is dat wat we willen? Ik heb het stadsdeelhoofd de heer Huisstede afgeraden om dat spoor te volgen. De lindelaan is een van de weinige voorbeelden van een gave laan beplant met oude krimlinden, die in ons land nog te vinden is. Daar moeten we zuinig op zijn.

donderdag 9 december 2010

Heilig, heilig, heilig


Tijdens de rondleiding van de klankbordgroep op de oude begraafplaats vertelde de heer Schoolkate, groencommissaris van de Vereniging Gemeenschappelijk Onderhoud, dat de hulstboom aan de rechterkant van de lindelaan weg moet, omdat de schors is weg geknaagd door de konijnen. Binnen een jaar of twee zou het anders toch gedaan zijn met deze boom. Dat is nog maar de vraag, want dit jaar is hij weer goed uitgelopen, en hij heeft ook normaal gebloeid. In tegenstelling tot de andere door de konijnen beschadigde hulst is er hier geen sprake geweest van veel bladverlies. Er zitten weliswaar geen bessen aan, waar andere hulstbomen uitbundig mee pronken, maar dat komt omdat dit een mannelijke hulst is. Hulst is tweehuizig en alleen aan de vrouwelijke bomen komen de bekende opvallend rode bessen. Overigens hebben de konijnen pas de vorige winter hun tanden in de schors gezet, terwijl de kapvergunning voor deze boom dateert van september 2009, toen er nog geen enkele beschadiging had plaatsgevonden. Schoolkate had dan ook nog een tweede argument waarom deze boom moet wijken. Er zou een wortel gaan in de richting van een naburig grafmonument, dat daardoor ondermijnd zou worden. ‘De monumenten zijn heilig’, zei hij. We geloofden hem op zijn woord.

Later vertrouwde ik het niet meer en ik ging op onderzoek uit. Ik doorzocht de bodem tussen de boom en de grafsteen ernaast, die inderdaad een heel klein beetje scheef staat. Er was geen wortel te zien. Blijkbaar is er sprake van een gewone verzakking, zoals bij oude grafstenen wel vaker voorkomt. Er gaat wel een wortel in de richting van een wat verder weg gelegen graf, maar van ondermijning is niets te zien. Het klopt weer eens niet wat er beweerd werd. Het voelt alsof we te grazen zijn genomen.

woensdag 8 december 2010

De verdwenen appelboom


Oude hoogstam fruitbomen zijn hele mooie bomen, maar ze zijn gaandeweg zeldzaam geworden, omdat het fruit lastig te plukken is en het noodzakelijke onderhoud je al voor even grote problemen stelt. Achter op de oude begraafplaats staan er nog vier: twee perenbomen, een appelboom en een dikke pruimenboom. Relicten uit een voorbije tijd, toen ze samen met andere fruitbomen deel uitmaakten van de boomgaard die ooit bij het huis hoorde van de doodgraver in het poortgebouw. De appelboom die ik vorige herfst fotografeerde was in maart van dit jaar ineens verwenen. Het was een mooie en gezonde boom die flink wat fruit droeg. De valappels leverden nog een aardig maaltje voor vogels en andere dieren. Deze boom, die op grond van de Vereniging Gemeenschappelijk Onderhoud stond, was dikker dan 20 cm en is klaarblijkelijk geveld zonder kapvergunning. Dat was tegen alle afspraken in. De gemeente was niet op de hoogte, dus lijkt het er op dat de VGO hier op de een of andere manier verantwoordelijk voor was. ‘We kunnen er niet steeds bij blijven staan’, zei de stadsdeelbeheerder eind vorige week berustend. Een kwalijke zaak. Waarom moest deze boom verdwijnen? En wat kunnen we nog meer verwachten?

dinsdag 7 december 2010

Vruchtbare aarde?


Als lid van de klankbordgroep Oude Begraafplaats viel eind vorige week voor mij het doek. Ik ben eruit gestapt. De dag ervoor was er een bespreking geweest met het stadsdeelhoofd en met de stadsdeelbeheerder. We kregen inzage in de bij de herinrichting behorende detailkaarten, iets wat eigenlijk al in augustus zou gebeuren. De kaarten zagen er prima uit: in één oogopslag was het helder dat de toverhazelaar bij de ingang van de oude begraafplaats gehandhaafd blijft en dat de ernaast staande kleine, roodbladige esdoorn gaat verdwijnen. Vakwerk dus. Wat ik me pas achteraf realiseerde is dat het wel erg vreemd is dat er in juni 2009 al detailkaarten beschikbaar waren, maar dat dit niet voorkomen heeft dat de gemeente in september van dat jaar een ondeugdelijke kaart bij de kapvergunning heeft gevoegd. Het contrast tussen die twee kaarten is enorm.

Tijdens de bespreking bleek dat de gemeente voor het gehele terrein, dus ook het deel dat in bezit is van de VGO, een dikte van 20 cm als grens heeft aangehouden waarboven een kapvergunning moet worden aangevraagd. Er werd gesteld dat voor de kap van een aantal bomen aan de westrand van het kerkhof geen kapvergunning nodig was, omdat ze nog geen 20 cm dik zouden zijn. Dat heb ik naderhand gecontroleerd. Wat bleek? Drie bomen zijn dikker dan 20 cm! Alweer een misser, bovenop al die andere. Hoe veel kun je hebben? Voor mij was het er één te veel.

Op zich is het maar een verkeerde inschatting, en ik weet uit ervaring hoe gemakkelijk dat gaat. Het komt echter bovenop al die andere zaken, die ook anders bleken te zijn dan voorgespiegeld, of waar sprake was van onzorgvuldig handelen. Telkens duiken er weer verrassingen op. Het lijkt er op dat VGO en gemeente hun zaakjes niet op orde hebben en ik heb er dan ook geen vertrouwen meer in dat er voldoende zorgvuldigheid betracht wordt en dat de natuurlijke kwaliteiten van deze bijzondere plek naar waarde geschat worden. Ik ben er van overtuigd dat zowel de gemeente als de VGO zich betrokken voelen bij de oude begraafplaats, en dat zij vol goede bedoelingen zijn. Er is echter te veel mist geweest en er liep te veel spaak. Voor mij was de maat vol. Ik heb de wethouder en alle gemeenteraadsfracties inmiddels ingelicht.

Een pleidooi voor zorgvuldigheid II


In het vorige artikel gaf ik enkele voorbeelden van een gebrekkige informatieverstrekking, maar helaas staan deze niet op zichzelf. Er is het afgelopen jaar ook veel mist ontstaan door onvolledige en onjuiste uitspraken van de zijde van voorstanders van de herinrichting van de oude begraafplaats. Zo heb ik al eerder enkele uitspraken belicht van toenmalig wethouder de heer Weber, die in de gemeenteraadsvergadering van februari stelde dat bomen gebouwen ondermijnen, wat niet correct is, en dat coniferen niet passen bij linden, wat slechts een kwestie van smaak is en zeker geen objectief gegeven.
Naar later bleek heeft de vertegenwoordiger van de Vereniging Gemeenschappelijk Onderhoud tijdens de hoorzitting van de commissie voor de bezwaarschriften in februari met zijn uitspraken meer vragen opgeroepen dan dat hij helderheid bracht. De coniferen midden op het kerkhof zouden de graven ondermijnen, maar dat is schromelijk overdreven. Alleen de coniferen die graven ondermijnen of slecht zijn zouden gekapt worden, maar dat bleek tijdens de klankbordbijeenkomst op 10 november toch weer anders te liggen. Dat de hulst bij de ingang in de knel zou komen door een lindeboom langs de laan is geen correcte weergave van de werkelijkheid, om maar eens wat te noemen. Verder zouden er zeker geen beeldbepalende bomen in het geding zijn. Uit de rapportage van adviesbureau Eelerwoude bleek onlangs echter dat het wel degelijk gaat om een aantal beeldbepalende bomen, namelijk de atlasceder, vier grote coniferen midden op het oudste deel van het kerkhof, en enkele die langs de Bornsestraat staan. Verwarrend allemaal.
Eigenlijk is alles begonnen met de ondoordachte kap van tientallen rododendrons in het voorjaar van 2009. Er is niet goed over nagedacht en men had beter kunnen wachten tot alle vergunningen rond waren. Volgens een bestuurder van de VGO is er vergif aangebracht op de stobben om opnieuw uitlopen te voorkomen. Dat vind ik bijzonder kwalijk, omdat het een nodeloze actie was. Er bestaat apparatuur om wortelresten weg te vrezen, en die zal ook ingezet worden zodra de kap van bomen achter de rug is. Bovendien gaat het hier om een natuurrijk gebied waar het gebruik van gif al helemaal niet op zijn plaats is. In april van dit jaar gaf het verenigingsbestuur aan dat de groencommissarissen van vereniging met de kap van de rododendrons en de manier waarop een en ander is uitgevoerd ‘helaas’ geen bemoeienis hebben gehad. De gemeente weerspreekt dat echter. Hoogst merkwaardig allemaal en bepaald niet bevorderlijk voor het vertrouwen.

donderdag 25 november 2010

Een pleidooi voor zorgvuldigheid

Tijdens de gemeenteraadsvergadering van februari van dit jaar was er discussie over de voorgenomen bomenkap op de oude begraafplaats naar aanleiding van een bezorgde vraag van Groen Links. Na enig heen en weer gepraat kwam men tot de slotsom dat in de kern van de zaak het er om ging zorgvuldig om te gaan met deze bijzondere locatie. We zijn nu negen maanden verder. Wat zien we als we terug kijken?

                Coniferen zijn belangrijk in de winter
Het belangrijkste wat opvalt is de gebrekkige informatievoorziening. Er bestaat een herinrichting- en herplantingsplan, maar dat hebben de tegenstanders van de kap nog nooit onder ogen gehad. Ik heb er in maart voor het eerst naar gevraagd, maar ik werd door de gemeente verwezen naar de heer Veelenturf, de ontwerper en tevens een van de bestuurders van de Vereniging Gemeenschappelijk Onderhoud. Die weigerde echter daarover inlichtingen te verschaffen en hij verwees mij terug naar de gemeente, waar men evenveel zou weten als hijzelf, zo zei hij. In augustus zou inzage mogelijk gemaakt worden, maar dat gebeurde niet. Op het einde van de bijeenkomst van de klankbordgroep bleek dat het plan zelfs nog niet af is. Daarom zou inzage niet erg zinvol zijn. Tijdens de rondleiding over het kerkhof werd wel verschillende keren verwezen naar het plan, maar wij weten er nauwelijks iets van. Speciaal voor deze bijeenkomst zou er een samenvatting van worden gemaakt, maar ook die ontbrak. We moesten het doen met een plattegrondje waar zelfs niet eens de te kappen bomen op stonden. Dat was heel vreemd, want er bestaat wel degelijk een plattegrond met die essentiële informatie.
Deze plattegrond rammelt echter aan alle kanten. Al een jaar geleden heb ik daar in mijn bezwaarschrift tegen de kapplannen op gewezen, en ook op de zitting van de bezwaarschriftencommissie in februari, in mei in een brief aan de wethouder, en nogmaals tijdens een gesprek met haar en twee ambtenaren in augustus. Desondanks blijft de gemeente dit tot verwarring leidende stukje prutswerk gebruiken, zoals blijkt uit de rapportage van Eelerwoude, het bedrijf dat in september een onderzoek deed naar de flora en fauna op het kerkhof. Ook is het opgenomen in het verslag dat de gemeente onlangs gemaakt heeft van de bijeenkomst van de klankbordgroep. Het lijkt erop dat we niet erg serieus genomen worden, net als Eelerwoude trouwens, dat geadviseerd heeft een paar hulsten en een viertal grote coniferen te behouden, niet alleen in verband met de eekhoorns en de vogels, maar o.a. ook met het oog op behoud van het groene karakter van het kerkhof in de winter. In de oorspronkelijke opzet zouden alle coniferen verdwijnen met uitzondering van een plukje taxus achterin. Dan wordt het wel heel erg kaal ’s winters. Een jaar geleden werd er gesproken over de kap van 35 bomen, maar op 10 november bleek het om maar liefst 46 bomen te gaan. Telkens komen er weer verrassingen uit de doos. In het gemeentelijk verslag wordt al gesproken over een nieuwe kapvergunning voor twee bomen waarvoor geen kapvergunning was verleend, hoewel elders in het verslag deze bomen staan aangemerkt als ‘te behouden’. Het beeld is bepaald mistig.

vrijdag 19 november 2010

Openheid


Deze oude hortensia op stam, die langs het mospaadje midden op het achterste deel van de oude begraafplaats staat is geen lang leven meer beschoren. Dit gebied gaat flink op de schop. Het aanzicht is in 2009 al flink veranderd door de kap van een groot aantal rododendrons, waardoor het intieme karakter is verdwenen. In de plannen van de VGO wordt het mospad de ‘centrale as’ van dat deel van het kerkhof. Alles wat links en rechts van het pad groeit moet weg en wordt vervangen door één soort heester met een naam die ik alweer vergeten ben. Misschien wordt het wel mooi, maar het klinkt saai. Links en rechts van het pad moet het nog opener, want daar zijn zichtlijnen gedacht. Misschien heeft dat te maken met de toekomstige aanpassingen van het groene eiland. We vergaten ernaar te vragen en ook naar de zijingang, waar de gemeente zo tuk op is. Er kwam simpelweg te veel op ons af. De ondergroei aan de kant van het appartementengebouw gaat ook weg. Daar komen andere heesters voor in de plaats, we weten nog niet welke, en ook 2 hulstbomen. Of misschien wel meer, als de plannen inmiddels bijgesteld zijn. Er zouden oorspronkelijk 15 nieuwe bomen geplant worden, wat wel erg weinig is, als je er ruim 40 wilt omzagen. Waarschijnlijk gaan er al 12 op aan de twaalf apostelen boom bij de Bornsestraat. Het worden boompjes van 6-7 cm dik, dus veel stellen ze nog niet voor. In hoeverre de investering in nieuwe bomen zich verhoudt tot de uitgaven voor bijvoorbeeld nieuwe hekken is nog onduidelijk. Waren die nieuwe hekken eigenlijk wel nodig? Het hek aan de kant van het vroegere HEIM gebouw oogde nog degelijk en het hek met de buur aan de andere kant was pas een jaar of zes oud. Misschien wordt het tijd om eens inzage in de begroting te vragen: waar gaan die 164.000 euro eigenlijk naar toe?

donderdag 18 november 2010

Gebrek aan transparantie

Het lastige van het herinrichtingsplan van de oude begraafplaats is dat de berichten erover voortdurend veranderen. Aanvankelijk werd er vorig jaar een kapvergunning aangevraagd voor het weghalen van 37 bomen. Voor 35 bomen werd kort daarna vergunning verleend om ze te kappen. Afgelopen voorjaar sprak men echter toch over de kap van 37 bomen. Informatie van bezoekers van de voorlichtingsdag in mei gaf aanleiding om uit te gaan van mogelijk 43 bomen. Tijdens de bijeenkomst van de klankbordgroep bleek het uiteindelijk te gaan om maar liefst 46 bomen die men zou willen kappen. Dat is 44% van de op het kerkhof aanwezige aantal bomen vanaf een dikte van 20 cm! Daarnaast wil men ook nog talloze heesters verwijderen, zoals bijvoorbeeld een kronkelhazelaar, die moet verdwijnen omdat je dan beter de graven erachter kunt zien, hoewel een paar passen verzetten natuurlijk ook een oplossing zou kunnen zijn.

Het onvolledige herinrichtingsplan zorgt voor verwarring. Wat wil men nu eigenlijk met het kerkhof? Het is net alsof je door de mist loopt. Losse flarden bereiken je af en toe, maar een helder beeld is nog ver weg. In de bestuurskamer van de VGO hangen drie fraaie, op doek gedrukte foto’s uit 2007, dus van voor de rigoureuze kap van tientallen heesters. De begraafplaats schittert daarop in al haar rijkdom. Die beelden moesten we in gedachten houden, want zo moet het weer worden. Dat was verassend en hoopgevend. Buiten echter bleek dat de VGO alle heesters (hazelaar, rododendron en jasmijn) langs de noordrand van het grote grasveld wil vervangen door een saaie taxushaag. Heel terecht merkte de voorzitter van de monumentencommissie op dat de gewenste situatie daar toch al aanwezig is. Dan zou het toch maar beter zijn om ze te handhaven, zou je denken. Dit is dan ook één van de discussiepunten. We vinden het heel vervelend dat de informatie die we krijgen zo gebrekkig is. De gemeente zou een praatpapier voorbereiden, waarin een beeld van de plannen geschetst zou worden. We moesten het in plaats daarvan doen met een lullig plattegrondje waar essentiële informatie op ontbrak. Het flora- en faunaonderzoek kregen we op verzoek vijf dagen na de bijeenkomst toegezonden. Worden we wel serieus genomen? We gaan niet akkoord met deze gang van zaken en hebben om een tweede bijeenkomst verzocht.

vrijdag 12 november 2010

Klankborden II


Gisteren ontmoette ik op de oude begraafplaats een bezoeker die daar al meer dan dertig jaar een band mee heeft. Hij droeg het hart op de tong en liet zich zeer kritisch uit over de gang van zaken, zoals de kap van tientallen rododendrons in 2009, en de behandeling met gif van de stobben, om te voorkomen dat ze het jaar daarop weer zouden uitlopen. Hij vertelde over een bijzondere conifeer die bij een van de graven stond, zo bijzonder dat een kweker daar af en toe voorzichtig stekjes van mocht nemen. Plotseling was die boom verdwenen. ‘Ze (de bestuurders van de VGO, RB) willen straks allemaal met een gouden harkje opgespeld lopen’, refereerde hij aan het aanstaande eeuwfeest van de vereniging in 2012. Nee, de VGO kwam er niet best vanaf.


Enkele van de vier grote coniferen midden op het kerkhof
die alle zouden moeten verdwijnen. Twee blijven behouden.

Het verhaal van deze man sloot prima aan bij mijn groeiende bezorgdheid over de gang van zaken tot nu toe. Het lijkt er steeds meer op dat de plannenmakers van de VGO niet goed weten waar ze mee bezig zijn. Dat blijkt niet alleen uit het voorval met de rododendrons; de voorbeelden liggen voor het oprapen. Zo willen ze de groene wand van 10 coniferen langs de Bornsestraat volledig weghalen, inclusief de fraaie magnolia die erachter verscholen zit. Op die plek kan dan een twaalf apostelenboom geplant worden. Dat zijn 12 lindebomen die allemaal in één plantgat gaan en dan op den duur met elkaar vergroeien, wat een bijzondere vorm oplevert. Een mooi idee, maar waarom juist op deze plek? De groene wand sluit het kerkhof zo mooi af van de drukke Bornsestraat, zomer en winter. Maar waar het hier in de eerste plaats om gaat is het feit dat er vorig jaar een kapvergunning is aangevraagd voor maar 7 van de 10 coniferen, alle met een diameter van 30 cm. De drie die dikker zijn, waaronder een levensboom met een diameter van ruim 60 cm, mogen dus niet gekapt worden. En dat is maar goed ook, want ik betwijfel of er in onze stad een levensboom staat van vergelijkbare omvang. Dan is er verderop op het kerkhof een vergelijkbare situatie: 4 grote coniferen, twee links en twee rechts van de lindelaan, zouden moeten verdwijnen. Dat kan niet, want voor slechts drie ervan is een kapvergunning aangevraagd. Ook wil men een berk en een lijsterbes kappen, wat niet door gaat, want er is geen kapvergunning voor verleend.

Wat de VGO nu opbreekt is dat vorig jaar al vast begonnen is met kappen zonder dat er een deugdelijk plan ligt. Het lijkt erop dat de bestuurders wel erg hard van stapel zijn gelopen en te weinig nagedacht hebben wat ze nu eigenlijk willen. Je zou mogen verwachten dat als een kapaanvraag wordt ingediend er ook een uitgewerkt plan ligt wat er daarna moet gebeuren. Helaas was dat niet zo. Er zijn wel ideeën, maar de andere (inmiddels afgetreden) groencommissaris van de VGO, de ontwerper en drijvende kracht achter de herinrichtingsplannen, wilde daarover eerder dit jaar tegenover mij niets loslaten. In augustus zou de gemeente tijdens ons gesprek met de wethouder inzage verschaffen, maar het kwam er niet van. Eergisteren vroeg ik er opnieuw naar, maar volgens de heer Huisstede van de gemeente was het nog steeds niet af. De vraagtekens worden groter en groter. Wat is hier eigenlijk aan de hand?

‘Denk aleer gij doende zijt, en doende denk dan nog’. Taal uit de oertijd, maar ook een wijze les die een oude onderwijzer op de lagere school mij vroeger mee gaf. Ik hoor het hem nog zeggen, die bijzondere man. Geen gemakkelijke opgave, maar wel het proberen waard.

donderdag 11 november 2010

Klankborden


Mosrijke vederesdoorn
‘Even klankborden’ staat dit jaar in de top tien van de Nederlandse vaagtaal; taaluitingen die opvallen door hun vage en onbestemde inhoud. Gistermiddag was de door de gemeente samengestelde klankbordgroep bijeen op de oude begraafplaats in verband met de herinrichtingsplannen en de daarmee samenhangende kap van 35-43 bomen. Met amper zes graden was het koud, koud, koud. Na maar liefst drie uur slenteren van boom naar boom was iedereen blij weer naar binnen te kunnen. Aanwezig waren van de gemeente de heren Huisstede, stadsdeelhoofd midden, en Groothuis, stadsdeelbeheerder, van de Vereniging Gemeenschappelijk Onderhoud de heren Jonkman, voorzitter, en Schoolkate, groencommissaris, van de gemeentelijke monumentencommissie de heer De Gruil, verder de heer Ten Vaarwerk van de bomenwerkgroep van de Natuur- en Milieuraad, en twee leden van het actiecomité tegen de bomenkap, de heer Roos en ikzelf. Ik miste eigenlijk iemand van de nabestaanden van hen die er begraven liggen. Van de donateurs was evenmin iemand uitgenodigd, hoewel ook in die hoek veel betrokkenheid bij het kerkhofje aanwezig is.

We hebben een aantal kritische kanttekeningen gemaakt bij de voorgenomen kap van een aantal bomen. Punt van discussie was bijvoorbeeld de linde links van het hoofdpad, die te dicht tegen een oude magnolia zou staan. Ik heb ervoor gepleit om deze te behouden om drie redenen. Allereerst is dit de enige inlandse linde op het hele terrein. Schoolkate bestreed dat het een inlandse linde is, maar hij wist niet wat het dan wel was. Ik voerde ook aan dat op ongeveer dezelfde plek in vroeger tijd ook een linde heeft gestaan en dat deze ongeveer 40 jaar jonge linde een band met vroegere tijden zichtbaar maakt. Tevens fungeert deze boom als een scherm, dat de toekomstige woontoren, die ooit op het terrein erachter zal verrijzen, aan het oog kan onttrekken. Dat de magnolia zich naar één kant niet verder kan ontwikkelen kun je ook voor lief nemen.

Verder hebben we o.a. gepleit voor het behoud van de atlasceder en van een vederesdoorn op het achterste deel van het kerkhof. Deze vederesdoorn is bijzonder omdat de stam veel mos en korstmos een plek biedt. De atlasceder is een imponerende boom die veel mensen de moeite waard vinden. Iemand heeft er een speciale band mee en legt regelmatig bloemen aan de voet van deze boom. Vanuit de VGO kwam meteen protest dat het handhaven van deze bomen afbreuk zou doen aan het door de andere groencommissaris, de heer Veelenturf, ontworpen plan, dat uit gaat van zichtlijnen. En dan kwam ik ook nog eens met de wens om het bemoste middenpad op dat deel van het kerkhof te handhaven vanwege de aanwezigheid van een vrij zeldzame korstmossoort (soredieus leermos), terwijl het plan dit pad ziet als de centrale as van dit deel van het kerkhof, een pad dat net als de lindelaan met kiezels verhard moet worden. Dat zou natuurlijk het einde betekenen van de mos- en korstmosflora op die plek. De KNNV, de vereniging van veldbiologen, wordt door de gemeente om advies gevraagd. Wordt vervolgt.

vrijdag 5 november 2010

Waardevolle boomstronken


De afgelopen 10-15 jaar zijn er op de oude begraafplaats een stuk of 15 bomen vanwege uiteenlopende redenen omgezaagd. Enkele zijn omgewaaid of gingen dood, of er was wel iets anders. Een aantal stond waarschijnlijk te dicht op de erfgrens met de nieuwbouw aan Dorset. Dat waren vooral flinke berken, zoals er nu nog een drietal staan naast het pad bij de moestuin. De stobben zijn in de grond blijven zitten en  vormen inmiddels een aantrekkelijk micromilieu voor paddestoelen. Elfenbankje, zwavelkopje en geweizwam zijn maar enkele voorbeelden van de soorten die het daar op het dode hout prima doen. Dat maakt boomstronken waardevol en het behouden waard.

De plannen om het kerkhof zo veel mogelijk in de ‘oorspronkelijke staat’ terug te brengen, wat wil zeggen de situatie van ongeveer een eeuw geleden, kunnen leiden tot de kap van tientallen bomen. Na de kap zullen de boomstronken weg gefreesd worden, zodat er niets meer zichtbaar is en op de plek eventueel iets anders gepoot kan worden. Het is heel goed mogelijk dat de oude stobben in één moeite door geruimd gaan worden. ‘Opgeruimd staat netjes’ is voor thuis een mooie spreuk, maar buiten in de natuur is het al snel de dood in de pot. Het verwijderen van de oude stobben zal leiden tot een flinke verarming van de paddestoelenflora, die op dit kleine gebied van 0,7 hectare bestaat uit zeker dertig soorten. Het is niet waarschijnlijk dat er midden in de stad nog een tweede gebied te vinden is met zo’n rijkdom aan paddestoelen. Daarom moeten we zorgvuldig om gaan met dit waardevolle biotoop.

woensdag 3 november 2010

Vlammen


Na een aantal dagen met weinig wind is het vandaag harder gaan waaien en dat veroorzaakt veel bladval. Nog steeds is het prachtig op de oude begraafplaats, waar allerlei herfsttinten variërend van geelgroen via allerlei nuances in geel tot oranje en rood je ogen aangenaam verrassen. Vooral de 3 handpalmesdoorns dicht bij de hoofdingang zijn overweldigend. In de zomer heeft hun blad een paarsbruine tint, die aan het begin van de herfst verandert in oranjebruin. Nu vlammen ze in een oogverblindend rood, zoals geen enkele andere boom of heester ze op deze plek na doet.

Handpalmesdoorns zijn in tuinen populair vanwege de fraaie herfsttinten. Het is een van de kleinste esdoornsoorten. In Japan zijn een enorm aantal cultivars ontstaan die veel van elkaar verschillen, wat mogelijk is omdat de handpalmesdoorn van nature al een heel variabele soort is. Deze drie bomen zijn dunner dan 20 cm en vallen daarom net als onder andere enkele magnolia’s, treurbeuken en een ginkgo niet onder de beschermende werking van de bomenverordening. Het is dan ook  nog onduidelijk of ze de herinrichting van het kerkhof zullen overleven. Daar komt volgende week vast verandering in als de klankbordgroep, die door de gemeente is samengesteld, uitgebreid geïnformeerd wordt over de herinrichtingsplannen. In de klankbordgroep nemen zitting een lid van de gemeentelijke monumentencommissie, een bestuurder en een groencommissaris van de VGO, Wim ten Vaarwerk, lid van de Hengelose bomenwerkgroep van de Natuur- en Milieuraad, Bert Roos als aanwonende en ikzelf.

vrijdag 29 oktober 2010

Nacht van de Nacht


Licht in de duisternis geeft een veilig gevoel. Als je niets meer ziet kan dat nogal beklemmend zijn. Ik herinner me een tocht door een oerwoud na zonsondergang; het was zo snel donker geworden dat ik mijn voeten nauwelijks nog zag en soms als een blindeman mijn weg moest zoeken, terwijl er verderop een gehuil losbarstte: vechtende apen of een tijger? Dan ben je wel blij als je het kamp weer bereikt hebt. Bij een andere gelegenheid, in de binnenlanden van Spanje, doorwaadde ik een rivier bij het licht van de sterren. Dat was een erg prettige ervaring, nog zo veel kunnen zien bij zo weinig licht. Als je daar naar boven kijkt weet je weer waarom de Melkweg heet zoals hij heet.

De oude begraafplaats bij nacht in 1991
En dan was er nog een heel andere voettocht, in de nacht van 25 op 26 november 2005, toen er zo veel sneeuw was gevallen dat al het verkeer vast was gelopen. Ik was gestrand in Oldenzaal en besloot te voet verder te gaan, over binnenwegen. Al van verre, ik was nog niet eens op de helft, gaf een enorme lichtkoepel de richting aan. Te midden van bos en veld was het onwaarschijnlijk licht, zo licht dat je de krant haast kon lezen. De lichten van onze stad weerkaatsten tegen de laaghangende bewolking, en dan opnieuw tegen het sneeuwdek, waardoor alles aangelicht werd. Wat een wonderlijke ervaring!
 
Als het aardedonker is in de stad is dat bepaald onveilig, en daarom is het goed dat er straat- en andere verlichting is. Maar we zijn met z’n allen wel heel erg doorgeschoten. Overmatige verlichting kan het dag- en nachtritme van mensen en dieren in de war brengen. Tijdens de Nacht van de Nacht schakelen morgenavond de gemeente, de bibliotheek en tenminste 26 andere instellingen en bedrijven niet essentiële verlichting uit om zo de aandacht te vestigen op dit groeiende probleem.

Gelukkig zijn er nog steeds donkere plekken in de stad in de vorm van parken en andere groene longen. De oude begraafplaats is er daar één van. Het is waarschijnlijk de donkerste plek in of nabij het Hengelose centrum. Dat heeft niet alleen te maken met het ontbreken van lantaarns op het terrein, maar ook met de vele bomen die werken als een scherm tegen het licht dat van buiten komt. Als daar gaten in geslagen worden, zoals in de bedoeling ligt, gaat dat ten koste van de schaarse duisternis. Duisternis is een zeldzaam goed aan het worden.

donderdag 28 oktober 2010

In de ban van het gif


‘Onkruid vergaat niet’, heet het, maar onkruidverdelgers weten er wel raad mee. Tot begin deze maand stonden tegen het hek dat de oude begraafplaats scheidt van de Bornsestraat een flink aantal wilde planten, vooral stinkende gouwe, die maandenlang gebloeid heeft met fraaie, gele bloemen. Ook elders op het gedeelte van het kerkhof dat in bezit is van de Vereniging Gemeenschappelijk Onderhoud, een strook aan de noord- en westkant, sneuvelde inheemse flora, o.a. een jonge vlier. Enkele weken geleden is daar gespoten met een verdelgingsmiddel met een traag werkende stof, zodat het even duurde voordat de gevolgen volledig aan het licht kwamen. De trage werking duidt op het gebruik van glysofaat, het werkzame middel in Round Up. Dat is tegenwoordig een veelgebruikt gif, niet alleen in de land- en tuinbouw, maar ook bij veel gemeenten en particulieren is het populair geworden om stoep en tuinpad van groen te ontdoen. Het middel heeft de naam veilig te zijn voor zowel mens als milieu, omdat het vrij snel zou worden afgebroken. Er duikt echter steeds meer informatie op waaruit afgeleid kan worden dat dit bepaald geen onschuldig middel is. In regio’s in Argentinië, waar het gebruik hoog is vanwege sojateelt, zit het aantal gevallen van kanker, geboorteafwijkingen, long- en huidziekten sterk in de lift. Vorig jaar brachten bezorgde Argentijnse onderzoekers naar buiten dat embryo’s van amfibieën die in contact waren gebracht met een zeer sterk verdunde oplossing van glysofaat een kleinere kop en een afwijkend zenuwstelsel ontwikkelden. ‘Het is duidelijk dat glyfosaat niet onschadelijk is en dat het niet afbreekt, maar zich opstapelt in cellen’, aldus een van de onderzoekers. ‘Men kan er vanuit gaan dat wat met amfibieën gebeurt ook met mensen kan gebeuren.’

Wie thuis het eigen milieu wil verpesten moet dat natuurlijk helemaal zelf weten, maar in dit geval gaat het om de openbare ruimte. Je moet er toch niet aan denken dat je daar onwetend een met vergif behandelde bloem of blad aanraakt, of juist voorbij loopt op de stoep tijdens een bespuiting. Waarom men vergif gebruikt om zich van een paar onwelgevallige plantjes te ontdoen is mij helemaal een raadsel  Het probleem is toch simpel op te lossen met een schoffel? Of is de VGO zo in de ban geraakt van het ‘onschuldige’ glysofaat dat zij niet anders meer weet? [NB zie naschrift] Het is immers niet de eerste keer dat het door of in opdracht van de vereniging gebruikt wordt, want vorig jaar werd het ook uit de kast gehaald om te voorkomen dat de tientallen gekapte rododendrons opnieuw zouden uitlopen. Je gaat je zo langzamerhand afvragen welke waarde de VGO toekent aan de natuur in deze bijzondere en soortenrijke stadsoase.

Naschrift: Tijdens de bijeenkomst van de klankbordgroep op 10 november bleek dat de VGO geen opdracht heeft gegeven om gif te spuiten op de wilde planten langs het hek aan de Bornsestraat. Dat was een initiatief van een werknemer van een onderhoudsbedrijf dat werkzaamheden op de begraafplaats uitvoerde. Deze persoon handelde geheel op eigen gelegenheid, aldus een woordvoerder van de VGO, en hij is inmiddels ter verantwoording geroepen.

zondag 24 oktober 2010

Klein grut


Ons land kent behalve een slordige 1400 soorten hogere planten ook nog eens zo’n 600 soorten mossen en bijna 700 soorten korstmossen; nietige plantjes waar je gemakkelijk aan voorbij kunt gaan. Korstmossen zijn schimmels die samenleven met een wier of een alg. Deze symbiose is vaak zo hecht dat ze niet zonder elkaar kunnen. Korstmossen halen hun voedsel grotendeels uit de lucht en groeien vooral op plaatsen waar ze door zaadplanten niet verdrongen kunnen worden, zoals op steen, boomschors of mosrijke bodems. Ze groeien vaak uiterst traag, soms maar een tiende van een millimeter per jaar. Mossen zijn archaïsche en primitieve sporenplanten, die in tegenstelling tot korstmossen wel blaadjes hebben. Ze zijn bij veel mensen helaas niet populair.

‘Mos hoort niet op een pad’, zo kregen enkele bezoekers in het voorjaar te horen tijdens een voorlichtingsdag over de herinrichting van de oude begraafplaats. Het schijnt de bedoeling te zijn om de paden te ‘bekiezelen’ en de kiezels met de bovenlaag van de grond te vermengen. Dat kan het einde betekenen van enkele bemoste paden in het achterste deel van het kerkhof. Op het hele kerkhof zijn enkele tientallen soorten mossen en korstmossen te vinden, vooral op bomen en graven. Een stuk of tien soorten groeit op paden, zoals parapluutjesmos, dat zijn naam dankt aan de kleine parapluutjes die in het voorjaar omhoog schieten en die de sporen verstrooien. Ook korstmossen als klein bekermos en een vrij zeldzame soort leermos komen daar voor. Omdat kostmossen hun voedsel uit de lucht halen, zijn ze erg vatbaar voor luchtvervuiling. Bijna de helft van de inheemse soorten staat op de rode lijst van kwetsbare en bedreigde soorten. Uit oogpunt van behoud van soortenrijkdom zou het verstandig zijn om in elk geval een deel van de bemoste paden te behouden. Hetzelfde geldt overigens voor het restaureren en schoonmaken van de graven. Mosgroei kan grafstenen onleesbaar maken, maar mos tast de stenen niet aan. Een spic en span benadering is dan ook ongewenst en niet noodzakelijk.


V.l.n.r.: parapluutjesmos, klein bekermos en soredieus leermos




woensdag 20 oktober 2010

Hechtkracht tien: klimop


Als je in oktober nog vlinders wilt zien, kijk dan eens bij klimop, want deze houtige liaan van onze gematigde streken bloeit juist in de herfst, als er al niet zo veel andere bloemen meer zijn. Op oudere klimop ontstaan bloemtrossen die een zachte, aangename geur verspreiden. De overvloed aan onopvallende kleine, groengele bloemetjes leveren een overdaad aan nectar en stuifmeel. Bijen, zweefvliegen, kevers en vlinders, zoals distelvlinder, atalanta, gehakkelde aurelia en dagpauwoog, worden er door aangetrokken. Nachtvlinders vinden er overdag dekking. Citroenvlinders overwinteren tussen het blad en boomblauwtjes zetten er hun eieren op af. Klimop is ook een goede slaap- en schuilplaats voor allerlei vogels, en leent zich ook goed voor de bouw van nesten. De zwarte bessen zijn pas in het voorjaar rijp en worden dan onder meer door lijsters, spreeuwen en duiven gegeten.

Klimop is net als taxus en hulst al heel lang een typische kerkhofplant. Klimop is een zinnebeeld voor trouw vanwege de enorme hechtkracht, maar ook voor eeuwig leven, omdat het blad altijd groen blijft. Op grafzerken werd het wel gebruikt als symbool voor onsterfelijkheid. In het Egypte van de farao’s was de klimop gewijd aan Osiris, god van de vruchtbaarheid en de wederopstanding, en heerser over het dodenrijk.

Nog steeds is op de oude begraafplaats veel klimop aanwezig, zoals bij de betonnen afscheiding achter op het kerkhof. Waar elders op het terrein klimop vooral de grond bedekt gaat hij hier de hoogte in. Dit is ook de enige plek waar de klimop oud genoeg is geworden om tot bloei komen. Het ligt helaas in de bedoeling om de betonnen schutting te vervangen door een hek. Wat er dan met de klimop gebeurt daar kun je naar raden. Ook zal er opruiming worden gehouden onder de klimop die de grond bedekt. Vanwege de grote waarde voor de fauna is het belangrijk om in elk geval een gedeelte te behouden. Er dreigt al zo veel verloren te gaan door de voorgenomen modieuze herinrichting...

dinsdag 19 oktober 2010

Hoge bomen vangen veel wind


Posted by PicasaDe hoogste en tegelijk ook de dikste boom op de oude begraafplaats is een Italiaanse populier. Hij torent boven alles uit en is al van verre zichtbaar, net een groen baken dat aangeeft: hier moet je zijn. Italiaanse populieren worden een meter of dertig hoog en deze boom, die waarschijnlijk geplant is in de jaren twintig, is maar liefst 1,3 meter dik. Deze boomsoort is een cultivar van de ook bij ons voorkomende, maar door het verdwijnen van zijn natuurlijke milieu zeldzaam geworden zwarte populier. In tegenstelling tot de zwarte zijn de takken van de Italiaanse populier heel sterk omhoog gericht, wat de boom tot een slanke zuil maakt. Hij werd vanaf de 18e eeuw vanuit Noord Italië over Europa verspreid, vandaar de naam. Deze snelle groeier maakt deel uit van de wilgenfamilie, maar geeft geen overlast door pluis, omdat van deze cultivar alleen een mannelijke variant bestaat. Het blad, dat ruitvormig tot driehoekig is, ruist mooi op de wind en in de loop van de herfst wordt het prachtig geel.
Deze boom is kerngezond en staat gelukkig niet op de nominatie om gekapt te worden. Hoge bomen vangen veel wind en dat geldt zeker voor Italiaanse populieren, maar het zijn geen bomen die snel omwaaien.


dinsdag 12 oktober 2010

Meer bezuinigen op groenonderhoud


Zoals ik in het vorige artikel beschreef stelt de gemeente hoge eisen aan grasvelden. Dat merk je ook aan het maaibeleid. Onvermoeibaar rukken de maaimachines uit, of er nu iets te maaien valt of niet. Het voorjaar en de eerste helft van de zomer waren veel te droog, maar desondanks werd er gewoon gemaaid, zoals op het groene eiland in Thiemsland. Het door zon en watergebrek verdorde gras was geen millimeter gegroeid, maar het maaien ging door. Het leek wel de werkverschaffing. Het zou bij de gemeente toch bekend moeten zijn dat maaien in dergelijke omstandigheden geen zin heeft. Door het nastreven van biljartlakengazons is het aantal maaibeurten zonder meer veel te groot. Daar valt flink op te besparen, want de gemeente betaalt per vierkante meter. Gemillimeterd gras is bovendien veel kwetsbaarder dan gras dat wat langer is. Het is veel gevoeliger voor uitdroging, en het is dan ook geen wonder dat het er wekenlang bruin aangebrand bij lag. Het herstelt zich gelukkig wel weer als de weersomstandigheden zich wijzigen, maar zolang dat niet het geval is, ziet het er niet uit. Op de natuurrijke oude begraafplaats, waar de onderhoudsnormen flink zullen worden opgeschroefd, zal het gras in het groeiseizoen elke week gemaaid worden, zo onthulde een ambtenaar een klein jaar geleden. Is dat wel een verstandige beslissing?

zondag 10 oktober 2010

Bezuinigen op groenonderhoud


Met het oog op de gevolgen van de financieel-economische crisis maakt de gemeente zich op voor bezuinigingen van 15 miljoen voor de komende vier jaren. Onlangs hebben de oppositiepartijen bekend gemaakt dat ze de komende weken gezamenlijk willen onderzoeken waar op bezuinigd kan worden. Ze vinden de voorstellen die het college van B&W tot nu toe heeft ontwikkeld te weinig concreet. Het CDA heeft vorige maand de website www.ideevoorhengelo.nl gelanceerd, waar iedereen ideeën voor bezuinigingen kan inbrengen. Een prima idee!

Waar veel op bezuinigd kan worden is het onderhoud van grasvelden. In mei en september zijn in Thiemsland aan weerszijden van het Bevrijderslaantje bestaande grasvelden op de schop gegaan, omdat ze ‘niet meer aan de gestelde kwaliteitsnorm voldoen’, zo bracht toenmalig wethouder Weber in april nog op de valreep naar buiten. Wat was het geval: tussen het gras van de gazons, die ongeveer 10 jaar geleden zijn aangelegd, groeiden wilde planten en dat schijnt niet door de beugel te kunnen. Een graafmachine schepte de bovenlaag om waarbij organische mest werd toegevoegd, waarna nieuw gras werd ingezaaid. Het verrijken van de grond vermindert de kans dat de wilde flora opnieuw de kop op steekt. Zo ontstaan soortenarme groene grasvelden, ook wel groen asfalt genoemd.

Aan de westkant van het houten wandelpad van het Heemafstraatje naar het groene eiland is de situatie nog onveranderd. Hier groeien nog allerlei wilde planten, die vaak lang en uitbundig bloeien. Vaak is de natuurlijke flora ook beter bestand tegen droogte, zoals we dit jaar goed hebben kunnen zien. Te midden van het troosteloos bruin verbrande gras staken wilde bloemen vrolijk af in roze, witte en gele tinten. Van zo’n bloemenweelde word je vanzelf vrolijk! Het is dan ook moeilijk te begrijpen waarom er zoveel geld wordt uitgegeven om van iets moois iets saais te maken. Zou het niet veel slimmer zijn om met de natuur mee te bewegen in plaats van er tegen in gaan? Hoe meer we de natuur naar onze hand willen zetten, hoe duurder we uit zijn!